Jessie van de Veen (rechts) en een deel van het gezin van Abdul Hameed Noshin.
Jessie van de Veen (rechts) en een deel van het gezin van Abdul Hameed Noshin. Foto: eigen foto

Op ‘kofferjacht’ voor vluchtelingen in Heumensoord

Algemeen

NIJMEGEN - Al wekenlang zet Jessie van de Veen zich in voor de vluchtelingen die een tijdelijk onderkomen hebben gevonden in Heumensoord bij Nijmegen.

Door Marcel Witlox

“Al weken lang maak en breng ik speelgoedpakketten voor de kinderen, stel zakjes samen met make-up voor de dames en kledingpakketten voor kinderen die niet eens een broek hebben in hun maat. Ook heb ik zaken als knuffels en shampoo gebracht. Ik verzamel al die spullen bij mij thuis of bij vrienden.”

Geen privacy

Over één van haar ontmoetingen met vluchtelingen zegt ze: “Daar staat ze dan. Van een afgestudeerde politieagente naar een wanhopige vluchteling. Ze spreekt en schrijft nog beter Engels dan ik. Beschamend vraagt ze of ik misschien een broek maat 98 kan missen voor haar neefje die geen enkele broek heeft. Ze hebt al weken pijn aan haar rug, waarschijnlijk van de slechte bedden. Twee wildvreemde gezinnen in één keet, zo noem ik het maar even... Een keet want meer dan dat is het niet. Waar de muren de daken niet raken en je letterlijk alles van je medebewoners kan volgen. Het is er koud. Geen privacy. Kleine kinderen zonder enige speelgoed die zichzelf niet kunnen vermaken. Heumensoord is haar tweede kamp en waarschijnlijk nog lang niet het laatste.” 

Van de Veen vervolgt: “Sommigen wachten jaren op een baan en/of woning. En of dat in Nederland of ergens anders is, moeten ze maar afwachten. Hun hele zekere situatie van thuis, huis, familie om hen heen...alles is weg en zal nooit meer worden zoals toen. Ze zijn afhankelijk van alles en iedereen, maar ze blijven sterk.” 

Schaamte

Soms, als ze weer eens naar Heumensoord rijdt, voelt Van de Veen zich ongemakkelijk. “Ik rij naar ze toe in mijn mooie auto, vol met zakken speelgoed, speelgoed dat mijn zoon niet eens gaat missen. In mijn dure manteljas met mijn leren handschoenen aan voel ik schaamte, schaamte voor mijn rijkdom.” 

Van de Veen is werkzaam in het CWZ. Zorgen voor anderen zit haar dus in het bloed. En niet alleen door het doneren van spullen. “Ik heb een gezin uitgenodigd om bij mij te komen eten. Hun kind van 5 viel meteen in de auto in slaap van vermoeidheid en manlief plofde op de bank en was alleen daar al blij mee. Onze kinderen speelden met elkaar alsof ze dezelfde taal spraken en elkaar al jaren kenden. Ik luisterde naar hun schrijnende verhalen maar ook naar hun mooie herinneringen. Zo heb ik er een ‘zoon’ bij van 21 die super goed Nederlands leert waarbij ik hem een beetje help. Waarom ik dit verhaal vertel? Ik hoop hiermee vooroordelen weg te halen.” 

Nu maken de vluchtelingen zich op om Heumensoord te verlaten. En natuurlijk willen ze hun net verworven spullen meenemen. En daar zijn veel koffers voor nodig. “Daarom ben ik twee weken geleden begonnen met een grote kofferjacht. Inmiddels heb ik al tig ritjes gemaakt op en neer naar Heumensoord en reeds zo’n vijftig koffers afgegeven.”

Heeft u op zolder een ongebruikte koffer staan? Koffers kunt u inleveren dinsdag, donderdag en vrijdag tussen 10.00-17.00 uur bij Roomsch Leven (Heyendaalseweg).

Afbeelding
Afbeelding